NB:
De uitrusting kan per land verschillen. Raadpleeg je Mitsubishi-dealer / Erkend Reparateur voor meer informatie.
- FCM: de waarneming en het ingrijpen door Forward Collision Mitigation (FCM) gelden als aanvullende veiligheidsvoorziening en kunnen niet in elke situatie een aanrijding voorkomen. Neem tijdens het rijden altijd de veiligheid in acht en vertrouw niet blindelings op dit veiligheidssysteem. FCM wordt geactiveerd zodra het een voertuig voor je auto waarneemt. Het systeem is ook ontworpen om voetgangers te herkennen, maar in sommige situaties kan het voorkomen dat FCM niet wordt geactiveerd. Automatisch afremmen voor een auto voor je wordt geactiveerd wanneer je auto een snelheid heeft van circa 5 km/u tot 80 km/u en voor een voetganger bij een snelheid van circa 5 km/u tot 65 km/u. Omdat FCM niet is ingesteld om te blijven remmen, wordt de rem losgelaten ongeveer 2 seconden nadat je auto tot stilstand is gekomen. Om te voorkomen dat het voertuig hierna wegrolt, zal de bestuurder het rempedaal moeten bedienen. In sommige gevallen wordt FCM niet geactiveerd, bijvoorbeeld wanneer de bestuurder zelf ingrijpt om een aanrijding te vermijden, zoals door stuurbewegingen of accelereren. Mocht je nog vragen hebben, raadpleeg dan je Mitsubishi-dealer of Erkend Reparateur voor meer informatie.
- ACC: de waarneming en het ingrijpen door ACC gelden als aanvullende veiligheidsvoorziening. Neem tijdens het rijden altijd de veiligheid in acht en vertrouw niet blindelings op dit veiligheidssysteem. In sommige situaties kan het voorkomen dat ACC niet wordt geactiveerd. De waarneming door het systeem kan afwijken van de werkelijke situatie, afhankelijk van het type voertuig voor je en weers- en wegomstandigheden. Ook is het mogelijk dat het systeem niet voldoende vaart kan minderen wanneer je voorligger plotseling afremt of wanneer een ander voertuig plotseling voor je opduikt, waardoor de afstand tot uw voorligger wordt verkleind. Mocht je nog vragen hebben, raadpleeg dan je Mitsubishi-dealer of Erkend Reparateur voor meer informatie.
- LDW: Lane Departure Warning ontslaat bestuurders niet van de verplichting goed vooruit te kijken, de aandacht bij het rijden en het verkeer te houden en goed op te letten bij matig zicht tijdens slechte weersomstandigheden en dergelijke. Het systeem is ontworpen om de rijbaan te monitoren bij een snelheid van 65 km/u of hoger. Bestuur je auto naar behoren en rijd veilig. Onder sommige omstandigheden kan het voorkomen dat het systeem de rijbaan niet goed waarneemt. Raadpleeg je instructieboekje voor aanvullende informatie.
- AHB: dit systeem wordt geactiveerd bij een snelheid van 40 km/u of hoger en wordt uitgeschakeld bij lagere snelheden. Raadpleeg je instructieboekje voor aanvullende informatie.
- BSW: de waarneming en het ingrijpen door Blind Spot Warning (BSW) gelden als aanvullende veiligheidsvoorziening en het systeem waarschuwt je niet onder alle omstandigheden voor voertuigen in je dode hoeken. Vertrouw tijdens het rijden niet blindelings op dit veiligheidssysteem. Het kan voorkomen dat BSW niet normaal functioneert, afhankelijk van verkeers-, weers- en wegomstandigheden en de aanwezigheid van obstakels. Bestuurders blijven altijd zelf verantwoordelijk voor veilig rijden. De afgebeelde radargolven gelden slechts ter illustratie en komen niet overeen met de werkelijke sensorapplicatie. Raadpleeg je instructieboekje voor aanvullende informatie.
- RCTA: Vertrouw niet blindelings op dit veiligheidssysteem, omdat het onder bepaalde omstandigheden mogelijk niet elk bewegend voertuig waarneemt. Bestuurders blijven altijd zelf verantwoordelijk voor veilig rijden.
- De afgebeelde radargolven gelden slechts ter illustratie en komen niet overeen met de werkelijke sensorapplicatie. Raadpleeg je instructieboekje voor aanvullende informatie.
- UMS: de waarneming en het ingrijpen door Ultrasonic misacceleration Mitigation System (UMS) gelden als aanvullende veiligheidsvoorziening en het systeem kan ongewild accelereren niet in elke situatie voorkomen. Neem tijdens het rijden altijd de veiligheid in acht en vertrouw niet blindelings op dit veiligheidssysteem. Om te voorkomen dat het motorvermogen ongewild wordt begrensd door UMS tijdens normaal rijden op slechte wegen, wordt het systeem automatisch uitgeschakeld wanneer de FCM-functie of de ASC-functie is uitgeschakeld. In dat geval verschijnt de melding ‘UMS OFF’ op het instrumentenpaneel. Geen enkele functie brengt de auto geheel tot stilstand via de automatische remfunctie. De auto kan vooruit of achteruit rollen, ook wanneer het motorvermogen wordt gereguleerd. Het detectiesysteem werkt mogelijk niet bij objecten met een netstructuur en met scherpe randen, omdat deze het ultrasone geluid onvoldoende weerkaatsen. UMS beschikt niet over een functie die de auto in stilstand op zijn plaats houdt. De bestuurder is verantwoordelijk voor het tot stilstand brengen van het voertuig door het rempedaal in te trappen zoals nodig is onder de gegeven omstandigheden. De afgebeelde ultrasone golven gelden slechts ter illustratie en komen niet overeen met de werkelijke sensorapplicatie. Raadpleeg je instructieboekje voor aanvullende informatie.